Mijn verbijsterend ongelezen gebleven letterkundige oeuvre kennen jullie natuurlijk al uit en te na vanwege alle enthousiaste vindikleukjes die jullie het hebben gegeven, maar ik noem het hier nog even. Het gaat om mijn romans 'Mijn beeldschone aandoening' en 'De handlangers' en mijn verhalenbundels 'Het verbond tegen meedogenloos mooie jongens' en 'De blonde varaan'. Dan is er nog het non-fictieboekje 'De wereld van de islam in begrijpelijke taal'.
Minder bekend is dat ik ook een Schaduwoeuvre op mijn naam heb staan, te weten biografieen van NBN-ers (Niet-Bekende Nederlanders) die ik in opdracht heb geschreven.
Nee, vrees niet, die boeken zijn niet voor de handel bestemd! Al zou je willen (wat je niet wilt): je kunt ze niet eens kopen!
Het paradoxale is dat dit officieuze oeuvre mij veel meer heeft opgeleverd dan mijn officiële.
('Bent u verbitterd prof. dr. C. J. R. Stellweg? Acht u zich miskend?' 'Jazeker, ook al besef ik dat er onnoemelijk groter leed is in de wereld.')
Toch voel ik de behoefte dit schaduw-oeuvre hier te etaleren. Omdat ik er trots op ben, omdat het mij zo veel plezier heeft verschaft, maar ook om een puntje te maken: de levens van Niet-Bekende Nederlanders zijn een onuitputtelijke bron van rijkdom en een oefening in empathische verbreding. Je ontmoet mensen die je anders nooit zou hebben gekend en leert iets van ze - hoe dan ook.
Ik schreef de levensverhalen van een man die een halve eeuw lang bankemployé van een uiterst eigengereide soort en tevens een zeer succesvol yogaleraar was, van een oer-optimistische IT-ondernemer die een veelgelaagd loflied afstak op de gecontroleerd vrije opvoeding die hij van zijn ouders kreeg, en van een man die de eerste tien jaar van zijn leven doorbracht in wat toen nog Nederlands Indie heette, zijn vader op jonge leeftijd verloor in een van de grootste scheepsrampen in de wereldgeschiedenis (nee, niet de Titanic, veel erger), en als chemicus een 'passie voor bitumen' (asfalt en zo) ontwikkelde.
Wat mij allemaal is toevertrouwd, ik had het niet willen missen. Ik heb heel veel geleerd over het bankwezen, het verzekeringswezen, ondernemerschap, dorpspolitiek, de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd, en van scheikunde met al haar praktische toepassingen, en nog veel meer, van mensen die mij daarover uit de eerste hand konden vertellen.
Ik heb ook mensen ontmoet die veronderstelden dat mijn ghostwriterschap vast heel saai werk was 'omdat de levens van de meeste mensen natuurlijk totaal oninteressant zijn', maar als je dat denkt, dan ben je - sorry - een wereldvreemde elitaire droeftoeter; ik ben er zelf van overtuigd dat uit de meeste levens een interessant verhaal valt te destilleren, daarom juist kunnen literatuur en aanverwante disciplines als filmkunst en journalistiek bestaan: omdat de wereld van verhalen wemelt. En als ik een 'passie' heb, dan is het die verhalen herkennen en te boek stellen. Het is een voorrecht om dat te doen, ik zie het min of meer als een vorm van dienstbetoon - zo niet eerbetoon - aan de mensheid.
Comments
Post a Comment