Skip to main content

Flirten, een gewichtig onderwerp


Wat was je leukste flirt? Dat vroeg iemand op facebook mij (en anderen) laatst. Een gewichtige vraag die een antwoord verdient.  Want flirten is belangrijk. Er is veel ruwheid en oppervlakkigheid in de wereld, wat u zegt, maar zolang er nog wordt geflirt, is er hoop.

Flirten is natuurlijk verre van inclusief, want je flirt wel met de een en niet met de ander, en je doet dat ook nog eens volgens subjectieve criteria (die overigens wel aantrekkelijke mensen privilegieert!), het is dus veel meer een uitsluitings- dan een insluitingsmechanisme, maar dat vind ik niet erg, want je kunt maar voor een beperkt aantal mensen iets betekenen in het leven, en zolang je dat doet, en je verder als een oppassende burger gedraagt, doe je het goed. Laten we er voorlopig vanuit gaan dat de flirtdrift in de wereld zo sterk is, dat ze niet in haar voortbestaan wordt bedreigd door het inclusiviteitsmonster.

Als adolescent was ik een gemankeerd flirter. Ik wilde wel, maar beheerste slechts één techniek: het etaleren van een vroegwijs, verfijnd cynisme. Ik probeerde dus aan te trekken door af te stoten en oogstte daar beperkt succes mee. Later ontwikkelde ik een wat rijker repertoire. Flirten is volgens mij niet zozeer iets wat je doet, maar wat in je zit, en wat af en toe in je opborrelt. De spontaniteit is essentieel. Wel kun je leren om het makkelijker in je te laten opborrelen. 

Sommige mensen hebben het simpelweg niet in zich, 't is zonde dat ik het zeg. Ze missen het flirt-gen kennelijk. Het petit-je-ne-sais-quoi dat je tot een adequaat flirter maakt. Ze zijn gewoon te serieus, of te saai. Daarnaast heerst in de nutsgedreven westers-protestante wereld de opvatting - wat mij betreft het misverstand - dat flirten geen doel op zich kan zijn. Dat het tot iets moet leiden: tot neuken, of tot trouwen, simpel gezegd. Of tot neuken én trouwen. Nu heeft flirten zonder twijfel met erotiek te maken, maar de lineaire gedachte flirten-neuken-trouwen is uitermate on-erotisch. Niet iedereen ervaart dit zo, heb ik vastgesteld, niet iedereen beleeft aardigheid aan flirten om het flirten zelf, de ene mens heeft nu eenmaal minder verbeeldingskracht dan de ander, is meer nutsgedreven dan de ander.

Enfin, wat was mijn leukste flirt? Een ultrakorte flirt. Een jaar of tien geleden zat ik op een caféterras in Toronto, tegenover het Ottawa Art Gallery. Dat is geen galerie, het is het mooiste museum van de stad, maar dat terzijde. Een bus stopte voor het stoplicht, pal voor het café. Ik zag een meisje aan een raam zitten. Ze droeg een wollen mutsje, hoewel het bepaald geen koude dag was. Een wollen mutsje met weelderig haar daaronder. Een leuk hipstermeisje. Ik keek naar haar, ze keek terug. Ze zwaaide naar me, niet uitbundig, maar beheerst, haast aandachtig, en lachte, ze had er duidelijk schik in om oogcontact te maken met een onbekende en naar hem te lachen en te zwaaien en ze deed het onmiskenbaar flirterig, en ik zwaaide terug, als een blij verraste schooljongen. Misschien had ze gewoon een goeie bui. Het was mooi weer, en dit was Toronto, een geweldige stad.


Haar glimlach, en vooral de spontaniteit van die glimlach, waren ook mooi. Erg mooi. Daarop trok de bus op.

Kortom: de mooiste flirts zijn de meest vluchtige. Twee totaal onbekenden die elkaar heel even, in een impuls, een cadeautje geven.

Maar stel dat de bus langer was blijven staan: dan hadden we onze gezichten van elkaar afgewend, en zou ik het moment hoogstwaarschijnlijk snel zijn vergeten. Nu is het onbekende, glimlachende meisje in een wegrijdende bus in een stad ver hiervandaan een dierbare herinnering gebleven. 

Comments

  1. Lees 'Aan Rika' van Piet Paaltjens eens!

    ReplyDelete

Post a Comment

Popular posts from this blog

Het levend schild-argument deugt van geen kanten

Het 'levend schild'-argument is eigenlijk de enige rechtvaardiging voor de wijze waarop het Israelische leger in Gaza opereert, en de enige verklaring voor het grote aantal burgerdoden, onder wie een groot aantal kinderen. Maar dat argument deugt van geen kanten. Zoals uit het onderstaande blijkt. Door Carl Stellweg De New York Times heeft op basis van luchtopnamen, geolocatie en AI vastgesteld dat Israel minstens 200 bommen van 2000 pond (ruim 900 kilo) heeft laten vallen op gebieden waar het de bevolking naartoe had gedirigeerd omdat het er veiliger zou zijn. Deze bommen van Amerikaanse makelij, ook wel Mark 84 of BLU-117 genoemd, zijn net zo zwaar als sommige zogeheten bunker-busters, maar ze zijn ongeleid, dat wil zeggen dat ze niet op een precies doel zijn gericht. De New York Times meldt dat de VS zelf deze bommen vrijwel nooit meer gebruikt in dichtbevolkte gebieden. Vast is komen te staan dat Israel ze in de eerste zes weken van de oorlog routinematig gebruikte, soms om...

Het antisemitisme van de Nederlandse politiek

  Ja, erg, het antisemitisme in Nederland. Het rijst de pan uit. Het is weer 1933. Goed dat Dilan Yesilgoz, Miriam Bikker en Ulysse Elian - politici die bekend staan om hun open, onbevooroordeelde houding - in gesprek zijn gegaan met 'vertegenwoordigers van de joodse gemeenschap'. Dat wil zeggen: een deel van de joodse gemeenschap. Bijvoorbeeld Esther Voet, die ooit, als voorzitter van het CIDI (Centrum voor Informatie en Documentatie Israel, in de praktijk een lobbyclub voor de politiek van Israel ), het liquideren van vier voetballende Palestijnse jongetjes op het strand van Gaza afdeed met: 'Ja, vreselijk, maar dit is wel, oorlog, hè?' Esther Voet, die je op twitter nog wel eens kon betrappen op het delen van fakeberichten en dan boos reageerde. Zij is echt de meest bona fide en betrouwbare vertegenwoordiger van de joodse gemeenschap die je kunt vinden. Net als Ron Eisenmann, de huidige voorzitter van het CIDI. Wat is tegenwoordig antisemitisme in Nederland? Dat is v...