Skip to main content

Boomers bestaan echt, Maarten van Rossem is het prototype

 


De klachten over de kreet OK boomer zwellen al een hele tijd aan. Polariseert! Stigmatiseert! Discrimineert! Verbindt niet!

Maar zal ik, 63-jarige, jou eens wat zeggen, boomer?

Van mij mag hij, die kreet.

Ik gebruik hem zelf weliswaar met mate, al was het maar omdat ik vanwege mijn leeftijd dan dikwijls ‘joh, je bent zelf een boomer’ naar het hoofd geslingerd krijg, maar ook omdat kreten hun kracht verliezen wanneer je er te kwistig mee strooit.

Wat me desondanks aan OK boomer  bevalt, is dat hij de terugkeer van het generatieconflict  suggereert. Dat zou namelijk een zegen zijn.

Géén zegen was wat we de afgelopen tientallen jaren hebben gezien: ouders en kinderen die oppervlakkige vriendjes van elkaar waren geworden om samen ongestoord te kunnen delen in het comateuze consumentenparadijs waarin onze samenleving  was uitgemond.

Begrippen als ‘burgerzin’, ‘verantwoordelijkheid’ en ‘opvoeding’ verdwenen naar de achtergrond omdat ze in geen enkel verdienmodel van pas kwamen.

Maar ouders behoren hun kinderen op te voeden. En kinderen – of jongeren – uiteindelijk ook hun ouders.  Vooral dat laatste, want ga er maar vanuit  dat jonge mensen meestal gelijk hebben.

Het enige nadeel van jonge mensen is dat ze oud worden, maar gelukkig wordt niet iedereen even beroerd oud, dus is er wel degelijk vooruitgang mogelijk. Er bestaan immers ouderen die bereid zijn van jongeren te leren.

Leren van stagiairs
Een lichtend voorbeeld ben ikzelf! Jarenlang heb ik gewerkt op de redactie van een grote landelijke krant, en degenen van wie ik het meeste heb geleerd waren niet mijn directe collega’s, noch mijn chefs, en al helemaal niet de pak’m beet vier hoofdredacteuren die ik heb moeten verdragen, en die stuk voor stuk een feilloos instinct bleken te bezitten voor het nemen van de slechtst denkbare beslissingen – nee, dat waren degenen die het laagst stonden in de redactionele hiërarchie: de  stagiairs.

Ik leerde van hun nieuwsgierigheid, hun stormachtige inzichten, de wijze waarop ze ingesleten gewoontes ter discussie stelden. Van de frisse wind die ze lieten waaien en de spinraggen en stofnesten die daarmee werden weggeblazen.

In ruil daarvoor bood ik hun mijn kennis aan, en de ambachtelijke handigheidjes die ik in de loop van vele jaren noeste arbeid had aangeleerd, ofwel de ‘kneepjes van het vak’. Die kennis zogen de stagiairs gretig op, die kneepjes maakten ze zich verbazingwekkend snel eigen, want dat is namelijk nóg een prettig kenmerk van jongeren: hun ruime leercapaciteit. En hun bereidheid om te leren.

Dit betekent niet dat ik alles wat ze zeiden voor zoete koek slikte. Ik ging er soms zelfs hardhandig tegenin, somde met name tal van praktische bezwaren op die tussen droom en daad in stonden, maar dat deed ik zonder mij op te winden, en zonder mij te beroepen op mijn ingebeelde gezag als oudere en wijzere. Zo staken we veel van elkaar op, en was ik – hopelijk – geen boomer.

Harmonieus generatieconflict
Men zou dat een harmonieus generatieconflict kunnen noemen, maar in veel gevallen loopt het niet zo, want nogal wat van mijn collega’s snoerden de stagiairs autoritair de mond of zadelden hen op met vervelende klusjes waarin ze zelf geen zin hadden, zoals de post sorteren of telexjes afscheuren, wat pure uitbuiting was.

Een uitzonderingspositie bekleedden stagiaires met bloeiende borsten en strakke billen: die hoefden nooit telexjes af te scheuren als ze daar geen trek in hadden. De meesten van mijn collega’s waren namelijk gefrustreerde mannen met beroerde huwelijken, en MeToo lag nog ver achter de horizon.

©Ben van Meerendonk

©Ben van Meerendonk

Waar had ik het ook alweer over? O ja, het generatieconflict. Leve het generatieconflict. Kijk maar eens wat het in het verleden heeft opgeleverd. Steeds als het had gewoed, werd de wereld voor even een stukje beter. Steeds als het uitbleef, zakte de wereld weer in.

Generatieconflicten zorgen voor de wrijving, de elektrische vonk, de vernieuwing die de maatschappij en de mensheid voortstuwen.

Helaas bestaan er boze tegenkrachten die het sommige generaties onmogelijk maken hun conflicten tot bloei te laten komen.

In de jaren zestig tierde het generatieconflict dat het een lieve lust was en het een aard had, met al die provo’s, de Maagdenhuisbezetting, en leuzen als ‘de verbeelding aan de macht’ en ‘wees realistisch, eis het onmogelijke’.

Dat klonk idioot, en dat was het ook, maar wat was het uiteindelijke resultaat van die roerige, soms dwaze tijden?

Veel goeds.

Ons politieke en maatschappelijke bestel werd vrijer, opener en democratischer, en de levenskwaliteit van veel mensen nam onmiskenbaar toe.

Oligarchie
Helaas ontstond er halverwege de jaren tachtig zo’n boze tegenkracht, in de vorm van een laissez-faire-kapitalisme dat van ons open en vrije bestel een door schijn-democratie en nepnieuws aangestuurde oligarchie dreigt te maken. En je mag het de ‘protestgeneratie’, zoals ze destijds werd genoemd, verwijten dat ze dit heeft laten gebeuren, dat ze zich door de kapitalistische zwijnen heeft laten inkapselen, en haar kinderen daarin heeft meegesleurd.

Het is natuurlijk mogelijk dat de jongeren die nu onder aansporing van Greta Thunberg de straat opgaan, het straks net zo laten afweten als die boomers van nu. Zover is het nog niet, en het minste dat je dus kunt doen is ze het voordeel van de twijfel gunnen, en hun zorgen serieus nemen, in plaats van ze bij voorbaat verdacht te maken en te kleineren.

Bovendien zijn hun vooruitzichten zo veel benauwender dan die van de boomers in hun jonge jaren dat ze misschien niet eens de kans krijgen om door welvaart en materialisme gecorrumpeerd te worden.

‘Rupsje-nooit-genoeg’ versus ‘rupsje-wil-leven’
In de jaren zestig betoogden jongeren voor meer vrijheid. Die van nu betogen voor een toekomst. Het is dus ‘rupsje-nooit-genoeg’ versus ‘rupsje-wil-leven’.

Wat bovendien pleit voor de jongeren van nu is dat ze tot op heden geen leiders hebben voortgebracht die het vooral om politieke macht lijkt te doen. De meest prominente leider is een autiste van minuscule gestalte die zich, in al haar standvastigheid, niet bijzonder op haar gemak voelt met haar leidersrol, haar tijd het liefst in afzondering zou doorbrengen, en bij voorkeur zwijgt wanneer ze niets dringends te zeggen heeft.

Littleton High School Eco Club

© Andy Bosselman, Streetsblog Denver

Onwaarschijnlijke leiders, leiders tegen wil en dank, zijn het geloofwaardigst, en het zou zomaar eens kunnen dat deze protestbeweging meer urgentie en saamhorigheid kent dan die van de jaren zestig; dat ze iets méér belichaamt dan een hang naar zelfontplooiing.  Dat het nu niet zozeer gaat om samen voor ons eigen maar om samen voor onze wereld.

Ooit een orakel
Stellen we daar nu ene Maarten van Rossem tegenover. Ooit, ik geef het toe, was Maarten een beetje een orakel voor me. Dat kwam ook door zijn zowel nuchtere als elegante schrijfstijl, en zijn humor. Daarnaast ontleedde hij met een zekere bevlogenheid en onmiskenbare scherpzinnigheid kwalijke verschijnselen als populisme en neo-liberalisme.

Maarten van Rossem

© MICHIEL HENDRYCKX, WIKIPEDIA

Nu lijken deze aanklachten niet veel anders te zijn geweest dan adempauzes voor zijn cabareteske uitweidingen. Want Maarten maakt zich uiteindelijk nergens druk om. Het land wordt al met al redelijk bestuurd en niemand heeft iets te klagen.

Ik heb mijn abonnement op zijn glossy ‘Maarten’ opgezegd vanwege altijd weer diezelfde dorre, gemelijke, melige teneur:  alles is stom, maar wie zich daar druk om maakt, is ook stom. Maarten doorziet alles, staat overal boven, en ligt nergens wakker van.

Wat voor mij definitief de deur dicht deed, was dit jaaroverzicht van hem.

Burgermansbeuzelpraat
Over het klimaat geeft Maarten daarin niets anders ten beste dan verfoeilijke burgermansbeuzelarijen.  Laat niet alleen het bedenkelijke ethische gehalte maar ook de schokkende domheid van de twee volgende constateringen goed tot je doordringen:

‘De komende 20 jaar valt het nog wel mee, en veel langer zal ik er zelf niet meer zijn’.

‘Negatieve effecten zijn vooral waar het al onaangenaam warm is.’

En tenslotte de flauwe boutade dat we dankzij de klimaatverandering ‘in ieder geval geen Elfstedentocht meer krijgen’.

Want dergelijk plat volksvermaak is professor Van Rossem een gruwel, begrijpt u wel?

Daarnaast bagatelliseert Van Rossem op kortzichtige wijze het succes van Forum voor Democratie. Geen zorgen, die partij zal niet meeregeren zolang ze zulke extreme standpunten huldigt. Hij ziet kennelijk niet in hoe partijen als FvD en PVV het hele politieke klimaat vergiftigen.

Tenslotte: Maarten is in het geheel geen supporter van Trump, maar gezegd moet worden dat die Trump geen oorlog is begonnen, zoals Bush jr.

Mijn antwoord: juich niet te vroeg. Dat kan nog veranderen als we vier jaar Trump erbij krijgen – en vlak die mogelijkheid vooral niet uit. Toen Bush jr. aantrad, predikte hij een ‘nederig buitenlands beleid’. De VS moest af van het idee dat het overal in de wereld kon en moest ingrijpen.  Toen kregen we 9/11 – waarvan het effect ook al door Van Rossem werd gebagatelliseerd – en wierpen de Verenigde Staten op desastreuze wijze alle nederigheid van zich af.

Ook Trump, vooral Trump, zal als man zonder inhoud en beginselen een oorlog kunnen beginnen wanneer er zich iets extreems voordoet, en hij in het zijn hoofd haalt  – of wanneer hem wordt ingefluisterd – dat daaraan voordeel valt te behalen.

Alleen maar dedain
Alle gevaarlijke politici die op dit moment wereldwijd de wind in de zeilen hebben, zijn in Maartens ogen ‘clowns’ en ‘carnavalsfiguren’, alle verontrustende bewegingen die her en der de kop op steken bestaan uit ‘randdebielen’, en elke potentiële ramp zal wel loslopen. Dedain is alles wat hij te bieden heeft. Het zal zijn tijd wel duren. Bagatelliserend en badinerend kuiert hij de kim tegemoet.

Wat maken jullie een drukte, ik heb het toch allang uitgelegd, zo doe ik geen oog dicht – zo valt zijn houding samen te vatten.

Maarten is, kortom, het prototype van een boomer. Ofwel: een ouder persoon met een inlevingsvermogen en intellectuele perceptie waarvan de houdbaarheidsdatum is verstreken. En zolang dit soort rupsjes-nooit-genoeg door blijven wauwelen, blijft de kreet ‘OK, boomer’ voor mij relevant.

Comments

Popular posts from this blog

Een stinkend bouwwerk van hypocrisie

  De aanvallen op ziekenhuizen in Oekraïne werden zonder voorbehoud als oorlogsmisdaad veroordeeld. Nu, in Gaza, is er veel meer aarzeling. Zouden ziekenhuizen toch niet een legitiem militair doelwit kunnen zijn? 'Meten met twee maten,' wordt er dan geroepen. Daar is tegenin te brengen dat je de oorlog van Israel tegen Hamas gerechtvaardigder zou kunnen noemen omdat Oekrainers geen 1200 Russen op veelal beestachtige wijze hebben vermoord. Ik heb naar bijna alle beelden van 7 oktober gekeken die ik kon vinden. En zelfs al zijn niet alle gerapporteerde gruwelen waar, ik heb zelden zo'n moorddadige smeerlapperij gezien als op 7 oktober. Inderdaad te vergelijken met ISIS, en Algerije in de jaren negentig, toen dat land werd geteisterd door de Gewapende Islamitische Groep. En toch is Israel voor mij de absolute bad guy in dit conflict. Ik 'kies' partij. De Palestijnse partij. Ik weiger om met een soort handenwringende machteloze wanhoop hier tegenaan te kijken. Ik haat z

Lenny Kuhr for Dummies

Het verstoren van het optreden van Lenny Kuhr is slecht en dom. Punt. Dit incident een uiting van jodenhaat noemen is óók slecht en dom. De pest hebben aan Israel, aan wat Israel doet, is niet hetzelfde als de pest hebben aan joden. 'Israel' en 'joden' zijn niet hetzelfde. Als je dat niet begrijpt, ben je debiel, ben je een gore opportunist, of ben je totaal vooringenomen. We leven in een land waarin niet-joden tegen joden die niet van Israel houden zeggen dat ze antisemiet zijn. De nieuwe onzichtbaren, de nieuwe genegeerden, dat zijn de joden die Israel niet steunen. Je van die mensen niets aantrekken is antisemitisme in de overtreffende trap, waar zo ongeveer de hele Nederlandse politiek zich schuldig aan maakt. Dat is nóg erger dan het verstoren van een optreden van Lenny Kuhr. Vraag maar aan Jaap Hamburger van Een Ander Joods Geluid , die ik al jaren ken. Een dappere man. Tien keer zo dapper als de hele Nederlandse Tweede Kamer en de Nederlandse regering bij elkaar

De gekoesterde vijand

Niemand schijnt nog te weten hoe die ook alweer precies in haar werk ging, die 'terugtrekking' door Israël uit de Gazastrook in 2005, waardoor Hamas nu 'volledig verantwoordelijk' zou zijn voor de penibele levensomstandigheden daar. Niemand schijnt te weten, schijnt ooit te hebben geweten, hoe Hamas eigenlijk aan de macht kwam in de Gazastrook. Ik schreef daar jaren geleden een lang achtergrondverhaal over dat nog steeds relevant is. Vandaar ik dat ik het nu weer plaats: Door Carl Stellweg Meer dan 2100 doden, vele duizenden gewonden, een half miljoen ontheemden en een materiële schade waarvan het herstel vele jaren zal vergen: ziedaar de oogst van vijftig dagen rauwe asymmetrische oorlogvoering in de Gazastrook. Volgens Israël ging het om zelfverdediging. Duidelijk is in ieder geval dat de operatie ‘Protective Edge’ van 8 juli 2014 tot en met 26 augustus 2014   onderdeel is van een patroon, een wetmatigheid, waarvoor tien jaar geleden een bewuste basis is gelegd, en wa